1
Hak de wortel, de selder, de ui en de prei grof. Zet het soepvlees koud op in 1/2 gezouten water, breng aan de kook en giet het water weg. Zet opnieuw op in 1/2 gezouten water, samen met de grofgehakte wortel, selder, ui, prei, het kruidentuiltje en peper en zout.
2
Laat 2 u verder garen net onder het kookpunt.
3
Zeef de bouillon, haal het vlees eruit, snijd dit in stukjes en voeg het weer toe aan de bouillon.
4
Snijd de gele wortelen, de pastinaak, de zoete aardappel, de rode en groene kool in stukjes, voeg toe aan de bouillon en laat 10 min. koken. Voeg de laatste 3 min. de erwtjes, de kervel en de lente-uitjes toe en dien op.
1
Hak de wortel, de selder, de ui en de prei grof. Zet het soepvlees koud op in 1/2 gezouten water, breng aan de kook en giet het water weg. Zet opnieuw op in 1/2 gezouten water, samen met de grofgehakte wortel, selder, ui, prei, het kruidentuiltje en peper en zout.
2
Laat 2 u verder garen net onder het kookpunt.
3
Zeef de bouillon, haal het vlees eruit, snijd dit in stukjes en voeg het weer toe aan de bouillon.
4
Snijd de gele wortelen, de pastinaak, de zoete aardappel, de rode en groene kool in stukjes, voeg toe aan de bouillon en laat 10 min. koken. Voeg de laatste 3 min. de erwtjes, de kervel en de lente-uitjes toe en dien op.